Negen van de honderd verhalen uit Boccaccio’s schelmse erotica worden in Pasolini’s film lijfelijke, zinnelijke, kluchtige en lyrische sequenties. Vooral in de lyrische zijn de jonge mensen ontroerend mooi, de minnaars kwetsbaar in hun blote hunkeringen. Pasolini speelt zelf de schilder Giotto, die als een bezetene aan zijn fresco’s werkt, die de geest van de tijd moesten vastleggen. Eerste luik van de Trilogia della Vita.
Lees meer:
POX POPULI - Andreas Petrossiants, Artforum
Il Decameron - Sabzian
Hoofdinhoud
Media content